Post op de redactie. Een e-mail voor mij. Naar aanleiding van mijn vorige column – waarin ik een gebrek aan inspiratie opbiechtte – tipte een lezer een onderwerp. Soms kan ik zo’n suggestie gelijk in een column omzetten, soms laat ik mijn gedachten er wat langer over gaan en er zijn ook gevallen waarbij ik er pas veel later (of nooit) iets mee doe. Maar ik ben altijd blij met ideeën, zeker als de aandrager me er geen uitgesproken mening bij opdringt. Als zo’n tip me uitnodigt het onderwerp zélf verder te verkennen. Dus, bedankt beste lezer – je weet wie je bent – voor deze inspiratie. 

Het mij aangereikte onderwerp is de (nog niet zo) autoluwe binnenstad. Wat autoluw betekent? Volgens Van Dale betekent het “met weinig autoverkeer”. Tijdens verwoede parkeerdiscussies heb ik me er de afgelopen jaren al wel eens over gebogen. Ik ben absoluut voorstander van autoluwte in de binnenstad, hoewel dat in ieders beleving iets anders kan betekenen. Laat die heilige koe lekker aan de rand van het centrum staan, of kom – als je kunt – lopend of op de fiets.

Een belangrijke stap is gezet toen het systeem van selectieve toegang in werking trad, waardoor hartje stad nu een groot deel van de dag niet voor alle verkeer toegankelijk is. Intussen ondervinden automobilisten op de Torenstraat en Vrijheidslaan de remmende werking van de maatregel dat al het hen kruisende verkeer voorrang heeft, wat de route minder aantrekkelijk maakt voor doorgaand verkeer. En als bij verdere herinrichting van gebieden ook nog een aantal parkeerplaatsen verdwijnt, is er nóg minder gelegenheid je bolide het centrum mee in te nemen.

Maar zover is het nog niet en op wat nu al wel van kracht is zijn genoeg ontheffingen mogelijk die maken dat het winkelend publiek nog steeds op voertuigen stuit die geladen of gelost worden. Wie in de luwte staat, staat uit de wind. Wie in een autoluw centrum verblijft, is uit het autoverkeer. Ondanks alles wat al gedaan is, is dat in Nijkerk nog niet helemaal werkelijkheid, maar het komt dichterbij. En als we het dan toch over (prettig) verblijven in de binnenstad hebben, sluit ik me graag aan bij de burgemeesters van de vier grote steden in Nederland die willen dat wij onze lijven snel weer in terrasstoelen mogen parkeren. Vooralsnog ontruimde Nijkerk nog geen parken vanwege te veel op elkaar gepakt publiek, maar laten we dat vooral vóór blijven door de horeca het samen buiten verblijven te laten reguleren. Dan is corona niet alleen maar partypooper, maar ook gewoon weer een drankje dat je nuttigt op een autovrij (!) terras.

Nelleke den Besten – De Stad Nijkerk