Het was bijna een obsessie geworden voor Jan Cozijnsen, voorzitter van Museum Nijkerk, om een eeuwenoude grote karaf met mooie geslepen afbeeldingen en twee kleinere sierlijke drinkglazen in bruikleen te krijgen die van de ambtsjonkers zijn geweest. Het tafereel stond ooit op de kast van de burgemeester en het was het zeker waard om ook getoond te worden aan de bevolking van Nijkerk. De overdracht aan het museum werd bekrachtigd met het ondertekenen van een document door burgemeester Renkema (op zijn voorlaatste dag als burgervader), Jan Cozijnsen, conservator Edith de Jong en Dieter van de Castel. Daar trokken Cozijnsen en de burgemeester een doek weg en werd het pronkstuk zichtbaar. Tussen 1700 en 1770 toen de stad Nijkerk steeds rijker werd door de toenemende tabaksteelt, hadden zij een herenkamer in de Latijnse school. De locatie was de Venestraat 16, waar nu Museum Nijkerk is. De glazen hebben de ambtsjonkers op enig moment in deze periode laten maken en in gebruik genomen. De glazen zijn in 1770 meegegaan naar het gemeentehuis aan de haven waar de ambtsjonkers een nieuwe vleugel aan het gebouw van de havenmeester hadden gebouwd. Al die jaren hebben die glazen daar gestaan op de burgemeesterskamer. De laatste 17 jaar boven op een Nijkerkse rankenkast. Zolang Jan Cozijnsen voorzitter is van Museum Nijkerk (sinds 2002) heeft hij ervoor gepleit en erop aangedrongen dat deze glazen zichtbaar moeten worden voor de Nijkerkse bevolking. Met het afscheid van Burgemeester Renkema, verricht hij op zijn laatste werkdag een goede daad voor alle Nijkerkers, door de glazen weer terug te laten keren naar hun oorsprong: Museum Nijkerk. Foto Kees van den Heuvel