,,Nergens ter wereld hebben mensen zo’n speciale band met water als in Nederland. Wij Nederlanders hebben állemaal wel iets met water. We houden ervan, of misschien juist niet. We wonen er tussen of werken ermee. We zwemmen en vissen erin of fietsen erdoor. We hebben water nodig voor onze planten en dieren en om onze oogsten te laten slagen. Water is overal om ons heen: in sloten, kanalen en rivieren. En stiekem is iedere Nederlander trots op hoe wij met water leven.” Met deze introductietekst opende Waterschap Vallei en Veluwe twee weken geleden een advertentie in deze krant. Vandaag kiezen we behalve onze vertegenwoordigers in de provinciale staten, óók voor de samenstelling van het algemeen bestuur van het waterschap.

Dat gevoel van trots dat de advertentie omschrijft, herken ik wel. Als ik in de media berichten hoor of lees over hoe Nederlanders all over the world hun kennis over watermanagement inzetten, denk ik: ja, dat kunnen wij. En tegelijkertijd realiseer ik me dat er van ‘wij’ niet echt sprake is. Er zijn deskundigen onder ons die veel verstand van water hebben. Dat moet ook wel, want een deel van ons land ligt op een niveau onder de zeespiegel. Willen we droge voeten houden, dan moeten er wel mensen zijn die zich verdiepen in de materie. En die zijn er, gelukkig. Maar dan komen we ook meteen op het punt waarom ik niet zo goed begrijp dat het waterschap een politiek orgaan is. Laat het maar aan de deskundigen over, heb ik altijd gedacht. Om die reden heb ik nog niet eerder gestemd voor het waterschap. Terwijl ik heel erg pro-stemmen ben. Als je de vrijheid hebt om te kiezen, kies dan!

De laatste weken bekruipt mij het gevoel dat de waterschapsverkiezingen meer dan ooit in de belangstelling staan in de media. Om te controleren of dat buiten mijn bubbel ook zo ervaren wordt, sprak ik er vorige week over met collega’s. Ja, zij ervoeren dat ook. Dat komt waarschijnlijk doordat vorig jaar zo’n extreem droog jaar was, analyseerde een collega. Een ander (een Drent) gaf me zo ongeveer een lezing over veengrond. Voor landbouw en natuurbeheer zijn dikwijls tegenstrijdige manieren van ingrijpen nodig op de waterstanden. Dus, chargeerde hij: ,,Kies je voor eten? Of voor geen eten?” Nu klinkt die stelling heel dramatisch, maar hij raakte volgens mij wel de kern van waarom het waterschap tóch politiek is. Omgaan met water is niet alleen een kwestie van handelen op basis van feiten, er valt iets te kiezen. Ik heb er totaal geen kaas van gegeten, maar er was hulp op mijnstem.nl

Nelleke den Besten – De Stad Nijkerk