There’s no such thing as bad publicity. Laten we het hopen voor snackbar De Paddestoel, die de twijfelachtige eer kreeg de ‘hoofdprijs voor lulligheid’ te winnen, in het leven geroepen door journalist Mark van Wonderen voor zijn reisgids ‘Treurtips’. Hij vindt de reusachtige vliegenzwam waar Nijkerkerveners (en vele voorbijgangers) hun patatje met halen “om te janken zo mooi”. Toen ik daarover een berichtje las op deze site dacht ik: waar ken ik die man van? Google wist het antwoord. De journalist beschreef in 2018 in een artikel in het Algemeen Dagblad al eens waarom hij Nijkerk “mooi van lelijkheid” vindt.
Hij schreef onder meer over “een prachtig staaltje mislukte stadsplanning” (parkeergarage De Bonte Koe), de “inspiratieloze architectuur van het Wheemplein” en “een fantastisch gedrocht” (de silo van ABZ Diervoeding). Omarm lelijkheid, is zijn devies. In een interview in Trouw vertelt hij over zijn bezieling voor afstotelijke plekken (niet alleen in Nijkerk of Nijkerkerveen): “Nederland is ontzettend aangeharkt. Gebieden krijgen hier nauwelijk de kans om te verloederen, want er ligt meteen een bestemmingsplan klaar. Ik vind het fijn als een locatie zich aan die regulering weet te onttrekken en ruimte blijft bieden aan imperfectie.” Tja, zo kun je het ook bekijken. Dat lucht wel op in gevallen waarin herontwikkeling even op zich laat wachten.
En uiteindelijk denk ik – om terug te komen bij de waarheid waar ik deze column mee begonnen ben – dat het de locaties die een plek in ‘Treurtips’ hebben weten te bemachtigen geen windeieren legt. Zelf ben ik nu bijvoorbeeld wel nieuwsgierig naar “heel Tilburg”, waar “de ene treurparel” zich volgens de schrijver aan de andere rijgt. Of naar de “Vlaamse sfeer van verloedering” vlak buiten het lieflijke centrum van Almelo. Het is net als met de oliebollen- en haringtests van dat landelijke dagblad: de winnaars profiteren daar van, maar je gaat vaak ook even proeven bij de tenten die het slechtste scoren, of dat nu uit leedvermaak of medelijden is. Dus ja, de hoofdprijs voor lulligheid is een twijfelachtige eer, maar ik heb nu wel zin in friet.
Nelleke den Besten – De Stad Nijkerk