Tijdens de jaarlijkse Dodenherdenking in Nijkerkerveen sprak Katja van Meurs een indrukwekkende en persoonlijke toespraak uit, waarin zij het belang van herinneren en herdenken onderstreepte. “De getuigen van toen zijn er zometeen niet meer. Daarom blijft het belangrijk om de verhalen door te geven,” zei zij.
Van Meurs verwees in haar speech naar het gedicht De dag der bevrijding van A. de Boer uit Alkmaar, geschreven op 5 mei 1945. De strofen weerspiegelden de vreugde om de bevrijding én het verdriet om hen die het niet meer mochten meemaken:
“Want hedenmorgen om acht uur dezer tijd,
Werd ons vaderland van den vijand bevrijd.”
Een bijzonder persoonlijk verhaal bracht haar boodschap dichtbij: ze vertelde over haar oudoom, de 16-jarige Klaas Bast, die in de laatste dagen voor de bevrijding omkwam toen een granaatinslag de schuur trof waarin hij met zijn vader werkte. De granaat, zo vertelde Van Meurs, was eigenlijk bedoeld voor de toren van de Grote Kerk. Klaas overleed later die dag in een ziekenhuis in Apeldoorn.
Het verhaal, dat zij kent via haar oma Alie, is opgenomen in de expositie in ’t Veens Hart. De tentoonstelling bevat ook het verhaal van de jonge Tijmen Doppenberg, verteld door zijn inmiddels bijna 90-jarige zus Corry, die zichtbaar geëmotioneerd de expositie opende.
“Vrijheid is niet vanzelfsprekend,” benadrukte Van Meurs. “En als we niet leren van de geschiedenis, kan het zich herhalen. Laten we dankbaar zijn voor 80 jaar vrijheid en dat morgen op 5 mei samen vieren.”
De herdenking in Nijkerkerveen werd druk bezocht en werd gekenmerkt door stilte, saamhorigheid en diepe dankbaarheid voor hen die vielen – én hen die overleefden om hun verhalen te blijven vertellen.