Vanmiddag was het weer raak: het derde kievitsei, nu ergens boven Heerenveen. Weer een burgemeester blij. Krijgt het gratis en voor niks aangeboden en moet verder maar zien wat ie er mee doet. Het eerste ei werd vrijdag al gevonden en behoorlijk dichtbij: in Ede! Het tweede kwam een dag later, natuurlijk in Friesland, het eigenlijke kievitenland. Maar we vertellen elkaar niets nieuws als we uiting geven aan onze verbazing over deze kievitenactiviteit: het is me toch koud voor de tijd van het jaar! Als ik een gilde-columnist zou zijn, zou ik schrijven wat iedereen nu denkt: het is een vroege Pasen dus die kieviten werden gewoon zenuwachtig, bang voor de vloed van eierzoekende kinderen. Ja we leven nu eenmaal in een raar land. Eenmaal per jaar eten we chocoladeëieren bij de vleet, struinen door het wijde weidegras voor het magische spikkelei, en vinden het gek dat ons oude imago zo lang meegaat. Ei, ei, met elk beetje warmte zijn we blij, maar we laten ons de kaas niet van het brood eten: kááskoppen zijn we – het hele jaar door. Gatenkaas, oud-belegen… dsvds