Elke week twee keer domineespost als flessenpost op deze site, op dinsdag en vrijdag: een briefwisseling van de twee Veense dominees Judith Visser en Leendert van der Sluijs. Hun vragen zouden zomaar ook uw/jouw vragen kunnen zijn. Hun antwoorden misschien eye-openers… Vandaag antwoordt ds. Judith Visser.

Ha Leendert,

Bedankt voor je mooie en rustige brief. Dat leest goed als je hoofd een beetje geschud is. Maar gelukkig kan ik zeggen dat mijn hoofd het weer doet! Wel af en toe nog even een beetje extra rust, maar met de zomer en de vakantie reeds in aantocht gaat dat helemaal goed komen. 

Een ding moet ik wel bekennen hoor, ik wil niet graag klagen, maar wat is het een ellende als je niet goed lezen kunt. ‘t Is maar een kleinigheid, ik weet het, maar als je hoofd het niet toelaat om eens lekker door te lezen, dan moet je wel even omschakelen. Of liever gezegd, dan moet je maar weer eens even gaan rusten. Mijn allerliefste moeder tipte mij al dat er ook zoiets bestaat als een luisterboek. Ik vind het een fantastisch alternatief en een nog fantastischer tegemoetkoming aan wie slecht kan lezen, maar het allerliefst lees ik toch zelf. Door een verhaal te lezen maak je je het toch een beetje eigen. Als je dan een andere stem ‘jouw’ verhaal hoort lezen, dan wringt dat ergens. Ik voel me dan ineens een beetje een buitenstaander. 

Net als met jouw mooie gedichtje. Als ik het lees met mijn eigen stem, dan is het toch ineens een beetje een ander gedichtje dan wanneer jij het met jouw stem zou voorlezen. En ik kan me nog herinneren, het is al lang geleden, dat mijn juf in groep 6 altijd graag verhalen van Astrid Lindgren voorlas. Ik vind het nog altijd geweldig leuke verhalen, ‘Samen op het eiland Zeekraai’ is met stip mijn favoriet (en ja, ook Pippi Langkous maakt mij nog altijd blij). Maar wat ik toen, in groep 6 nog niet wist, is dat mijn juf er ook van alles bij verzon. En dat deed ze goed. Ik kan me nog herinneren dat ik voor het eerst zelf het boekje ‘Lotta uit de Kabaalstraat’ las. Ik las het met de stem van mijn juf, en ik ontdekte ineens dat het niet klopte. Ik miste de toevoegingen van mijn juf. Ik moest ook niet haar ‘Lotta uit de Kabaalstraat’ lezen, ik moest mijn eigen versie lezen. En toen ik dat door had, wat een plezier! Het werden mijn eigen verhalen en er ging een wereld voor mij open.

Zeg Leendert, ik ben eigenlijk wel benieuwd met welke kinderboeken jij bent grootgebracht en of daar nog altijd favorieten tussen zitten. Jij leest zoveel, dat deed je vast ook al als kleine jongen. 

Nu ga ik afronden, ‘t is een wat korte brief deze keer, maar dan kan ik zo meteen nog wat lezen. En misschien, houd je toch liever maar niet in, komen er in de volgende brief hele leuke kinderboekentips!

Hartelijke collegiale groet,

Judith