Deze week het bijzondere verhaal van de 34-jarige Ibrahim uit Nijkerkerveen. Ibrahim, die liever niet met zijn echte naam genoemd wordt, werkt als zorgprofessional onder meer in de jeugdzorg en biedt een uniek en genuanceerd perspectief op de mogelijke komst van een asielzoekerscentrum (AZC) in ons dorp. Als voormalig vluchteling kent Ibrahim de uitdagingen en emoties die gepaard gaan met het leven in een AZC als geen ander. Maar doordat hij in zijn werk ook ervaring heeft met het begeleiden van (minderjarige) asielzoekers en de daarmee gepaard gaande problematiek, kent Ibrahim ook de andere kant van het verhaal.

Ibrahim kwam 28 jaar geleden als kind naar Nederland, waar zijn familie werd opgevangen in een AZC in Hoogeveen. “Om eerlijk te zijn heb ik eigenlijk alleen maar goede herinneringen aan die tijd. Misschien omdat ik nog jong was, ongeveer 6 of 7 jaar, en daardoor eventuele problemen niet echt begreep. Maar ik denk vooral dat het kwam, omdat de voorzieningen in het AZC uitstekend waren en er weinig weerstand was vanuit de samenleving,” blikt Ibrahim terug. “Ik herinner me dat de professionals, zoals leraren, heel liefdevol met me omgingen. Daar leerde ik fietsen en proefde ik voor het eerst friet met mayonaise (wauw!). Ik weet dus waar ik over praat. Bovendien heb ik als professional ervaring met het begeleiden van (minderjarige) asielzoekers, waardoor ik ook een goed beeld heb van hoe de situatie vandaag de dag is in AZC’s.”

Betrokken en bezorgd

Zijn persoonlijke ervaring heeft hem gemotiveerd om zich in te zetten voor vluchtelingen. “Mijn hart gaat uit naar mensen die hun thuis hebben moeten verlaten vanwege oorlog en levensgevaar voor zichzelf en hun dierbaren. Vanuit mijn betrokkenheid bij deze groep, wil ik hen helpen positieve ervaringen op te doen, zodat ze later, net als ik, met zoveel mogelijk mooie herinneringen kunnen terugkijken.”

Onlangs kondigde de gemeente Nijkerk aan dat er mogelijk een groot AZC in Nijkerkerveen komt. “Toen we na een lange vakantie nietsvermoedend terugkwamen, werden we bij aankomst in Nijkerkerveen overspoeld door een zee van rode vlaggen en spandoeken. Het voelde alsof we in een filmscène waren beland. Het deed aanvankelijk pijn om de rode vlaggen te zien met daarop de boodschap dat een asielzoekerscentrum niet welkom is. Tegelijkertijd begrijp ik de zorgen van de bewoners inmiddels goed. Ik realiseer me dat het niet gaat om racisme of discriminatie, maar om de grote bezorgdheid over de onverantwoorde plannen van de gemeente.”

Ibrahim vindt ook dat de komst van een AZC een grote impact kan hebben op de leefbaarheid van het dorp. “Naarmate zaken dichterbij komen, wordt het persoonlijker,” vervolgt hij eerlijk. “Voorheen was het bijvoorbeeld makkelijk praten als ik tijdens het werk of op het nieuws hoorde dat bepaalde woonplaatsen protesteerden tegen een eventuele komst van een AZC. Nu wij er zelf van dichtbij mee worden geconfronteerd, ervaar ik het ook van de andere kant. Als het jezelf en je eigen omgeving aangaat, ben je toch voorzichtiger. Hoewel ik vluchtelingen het beste gun, word ik zelf ook niet blij van de onrust die het gaat veroorzaken in onze omgeving en die van mijn dochtertje.”

Narigheid in AZC’s

“Hoe graag ik het ook zou willen romantiseren, ik weet helaas uit eigen ervaring dat er tegenwoordig veel narigheid is in AZC’s. Volgens mij ontstaat deze narigheid door gebrek aan goede faciliteiten, gebrek aan personeel, gebrek aan educatie, gebrek aan (ouderlijke- sociale- of professionele) controle, gebrek aan perspectief, gebrek aan zinvolle dagbesteding, het niet mogen werken, omdat ze nog geen BSN hebben en gebrek aan acceptatie door medevluchtelingen onderling, die wel met elkaar opgescheept zitten. En dan is er ook nog het gebrek aan acceptatie van de samenleving, de cultuurshock, de verveling, de trauma’s die ze onderweg of eerder al hebben opgelopen, het gemis van familieleden die ze hebben moeten achterlaten en ga zo maar door.”

“Als ik het over narigheid heb, dan heb ik het over vechtpartijen onder de vluchtelingen zelf, conflicten met professionals, het veroorzaken van overlast in de nabije omgeving en criminaliteit (winkeldiefstal, woninginbraken, berovingen). In mijn ervaring komt laatstgenoemde vooral voor bij ‘veiligelanders’; vluchtelingen uit zogenoemde veilige landen waar geen oorlog is en die dus weinig kans maken op een verblijfsvergunning. Zij hebben geen perspectief op asiel en dus niks te verliezen.”

“Een AZC kan hierdoor alleen maar voor grote problemen en spanningen gaan zorgen,” waarschuwt hij. “De veiligheid en zorgeloosheid van ons normaal zo pittoreske dorp komen hiermee écht op het spel te staan.”

Ibrahim vervolgt: “Ik gun vluchtelingen een opvanglocatie waar de nodige faciliteiten aanwezig zijn zoals school, medische en psychische hulp, activiteiten, fatsoenlijk sanitair, bevlogen begeleiders, bekwame beveiligers, etc. Ik denk dan aan een rustige opvanglocatie ver weg van de woonwijken, waar ze niet dagelijks geconfronteerd zullen worden met weerstand van omwonenden.”

Neem zorgen serieus

Ibrahim benadrukt dat de zorgen van de inwoners van Nijkerkerveen serieus genomen moeten worden door de gemeente. “Ik prijs de gemeente Nijkerk dat ze een humaan en sympathiek gebaar maken door vluchtelingen op te willen vangen, maar doe dat met wijsheid, zodat je niet juist alleen maar schade toebrengt. Door een AZC met alle genoemde risicofactoren in een klein dorp van nog geen 5000 inwoners te plaatsen, vraag je om gigantische problemen. Inwoners van Nijkerkerveen maken zich terecht zorgen en stralen weerstand uit. Deze weerstand zal de vluchtelingen raken en de risico’s alleen maar verder vergroten.” Ibrahim benadrukt dat er een grondige risicoanalyse nodig is en waarschuwt tegen onverantwoorde beslissingen. “Het is cruciaal dat de keuze voor een eventueel AZC zorgvuldig gebeurt, zodat zowel de inwoners als de asielzoekers een veilige en stabiele toekomst tegemoet kunnen zien. Gebeurt dit niet, dan zal deze hele situatie uiteindelijk alleen maar verliezers kennen.” Op de foto staat niet de echte Ibrahim; het betreft een stockfoto.