In het hart van Nijkerkerveen klonk in de jaren zeventig een steeds luider wordende roep om een nieuwe sportvoorziening. De oude gymzaal, ooit met trots ondergebracht in de school aan de Nieuwe Kerkstraat, had decennialang gediend, maar was letterlijk en figuurlijk te klein geworden. Te lang, te smal, te laag – en bovendien moest men er destijds drie kostbare leslokalen voor opofferen. Toen in 1973 de oude school na vijftig jaar trouwe dienst werd gesloten, bleef er een dorp achter met herinneringen, maar zonder een fatsoenlijke plek voor gymnastiek en sport.

Die leegte wakkerde nieuwe ambities aan. Eerdere plannen voor een dorpshuis in 1968 waren gestrand op een gebrek aan enthousiasme, maar nu leefde het idee opnieuw op. Zou men het gemis aan een gymzaal kunnen combineren met een dorpshuis, een plek voor sport én ontmoeting?

Het initiatief van Doto en de voorbereidingscommissie “Sportzaal Nijkerkerveen”

Het was gymnastiekvereniging Doto die de eerste steen legde – figuurlijk althans. In april 1973 stuurden zij een brief naar het gemeentebestuur. Hun boodschap was helder: het dorp had een grotere sportzaal nodig, passend bij de 261 leden en met ruimte voor nieuwe sporten die Nijkerkerveen tot dan toe moesten missen. De gemeente aarzelde aanvankelijk, maar Doto zette door en organiseerde in mei 1973 een bijeenkomst met alle Veense verenigingen. Daaruit werd de voorbereidingscommissie “Sportzaal Nijkerkerveen” geboren. Verenigingen, scholen en dorpsgenoten dachten samen na over de toekomst van hun sportvoorziening.

In december 1973 bracht de commissie alle behoeften in kaart: maar liefst 1871 uur sportgebruik per jaar, 92 avonden vergaderruimte, en dagelijks gymnastiekonderwijs voor de scholen. Het signaal was niet te negeren. Na advies van de Provinciale Sportraad besloot de gemeente tot actie over te gaan.

Van schets tot bouwtekening

In februari 1975 bezocht de commissie sportzalen in Groesbeek, Hoevelaken, Leusden en Woudenberg. Het meest onder de indruk waren ze van een fraaie zaal in Vleuten-De Meern, met een gezellige sportkantine, en vooral van de prachtige accommodatie in Groesbeek, gebouwd door Sleutelbouw uit Rotterdam. Het bedrijf maakte drie schetsontwerpen, en één daarvan – met een bijzonder originele kantinevorm – werd unaniem gekozen. De voorbereidingscommissie werd nu een officiële begeleidingscommissie, waarin ook vertegenwoordigers van de gemeente plaatsnamen.

De bouw en de eerste steen

Aannemer Van Bekkum begon in juni 1975 met de bouw. Op 27 september van dat jaar legde mevrouw J. van der Veer van Beek, de oudste inwoner van Nijkerkerveen, de eerste steen. Het winderige en regenachtige weer kon de feestelijke stemming niet drukken: eindelijk kreeg het dorp zijn sporthal. Negen maanden later, op 21 juni 1976, werd Sporthal De Baggelaar officieel in gebruik genomen. De geplande oplevering eind mei was iets vertraagd door de langere droogtijd van de vloer, maar dat mocht de pret niet drukken. Nijkerkerveen had er een ontmoetingsplek bij waar sport en gemeenschap samenkwamen.

Bewoners Zonnehof enthousiast

Mevrouw Van Soeren, oma van de bekende turnster Gerrie van Soeren die als reserve mee was naar de Olympische Spelen, stond bijzonder positief tegenover de nieuwe sportzaal. Ze verwachtte geen overlast. Van Soeren volgde sport intensief, vooral de turnwedstrijden van haar kleindochter in Utrecht. Ze had de hele Olympische Spelen op televisie gevolgd en was van plan regelmatig naar de trainingen in de nieuwe sporthal te gaan kijken, waar ook andere kleinkinderen lid waren van gymnastiekvereniging Doto. Wel moest ze glimlachen bij de gedachte aan bejaardenmiddagen en kaartavonden in de nieuwe zaal; zij en haar man hielden niet van kaartspelen, maar een rustige leeshoek zou haar wél kunnen verleiden.

Haar buurvrouw, mevrouw Buitink, had andere plannen. Zij zag de sporthal als een fantastische aanwinst voor Nijkerkerveen en vond het hoog tijd dat “het veen” zelf iets kreeg, in plaats van dat alles naar Nijkerk ging. Ze droomde hardop van een eigen bejaardensoos in het dorp, zodat ze niet telkens naar Nijkerk hoefde te reizen. Buitink was enthousiast over de nieuwe mogelijkheden: gymnastiek voor ouderen, gezellige middagen, en een ontmoetingsplek voor de buurt. Ze was zelfs al buren aan het werven en wilde een fancy fair organiseren om alles op gang te brengen. Ze kende het plezier van een soos uit eigen ervaring en verwachtte dat ook in Nijkerkerveen een groot succes. Haar enige zorg was dat de nieuwe zaal niet door vandalisme zou worden getroffen; zo’n mooie voorziening verdiende respect. Beiden waren het erover eens dat de sporthal vooral voor de schoolkinderen een grote vooruitgang betekende. De oude gymzaal had zoveel gebreken dat kinderen regelmatig thuiskwamen met splinters en zelfs glas in hun voeten. De nieuwe sportzaal bood eindelijk veilige en moderne sportfaciliteiten.

Het kunstwerk aan de gevel

Bijzonder aan het nieuwe gebouw was ook het kunstwerk op de voorgevel. Kunstenaar A.G. van Dalen uit Emst ontwierp en vervaardigde een indrukwekkend mozaïek dat de gevel een unieke uitstraling gaf. Het kunstwerk bestond uit zes betonpanelen met een glasmozaïek waarop figuren te zien waren die ritmische gymnastiek beoefenden. Het gebruikte glas, afkomstig uit Venetië, was een klassiek materiaal dat in kleine stukjes werd geleverd in plaats van grote platen. Het proces van ontwerp en uitvoering vergde veel vakmanschap. Eerst maakte de kunstenaar een werktekening in negatief, waarna de glasstukjes werden opgeplakt. Pas daarna volgden de bekisting en het beton. In totaal duurde het vervaardigen van het mozaïek ongeveer tweeënhalve maand.

De exploitatie van de kantine

Voor de exploitatie van de kantine werd het echtpaar Renger en Eef van Drie gevonden. Ze waren geen onbekenden in Nijkerkerveen: Renger was een geboren Nijkerker en Eef kwam uit Harderwijk, maar woonde inmiddels al elf jaar in het dorp. Samen brachten ze veel ervaring mee. Renger had als marinehoofdmeester leidinggevende ervaring opgedaan en een cafetaria geëxploiteerd op een camping in Heerde. Eef had het jaar voor de opening de kantine bij voetbalvereniging Veensche Boys gerund, waar Renger haar op vrijdagavond en zaterdag assisteerde.

Hun doel was helder: de kantine moest een gezellig ontmoetingscentrum worden voor alle inwoners van Nijkerkerveen, waar iedereen zich thuis zou voelen en de koffie altijd klaar stond. Daarnaast moest de ruimte geschikt zijn voor bruiloften, partijen en andere feestelijkheden. Het echtpaar streefde naar goede contacten met alle verenigingen in het dorp, zoals ze dat eerder bij de Veensche Boys hadden opgebouwd.

Hoewel sommigen zich afvroegen of de kantine wel op tijd klaar zou zijn voor de officiële opening op 4 september 1976, was Renger daar altijd van overtuigd. En terecht: op de openingsdag stond alles klaar en werd de kantine officieel in gebruik genomen. Het echtpaar van Drie beheerde de kantine tot 1993, waarna de familie Van Leijenhorst het stokje overnam.

De officiële opening van De Baggelaar

De officiële opening van de sportzaal aan de Westerveenstraat vond plaats op zaterdagmiddag 4 september 1976. Vanaf half twee werden de genodigden ontvangen in het sport- en ontspanningscomplex, waarna om precies twee uur wethouder Dirksen de naam van de nieuwe sportzaal bekendmaakte: De Baggelaar. Na de toespraken volgde vanaf drie uur een receptie en kregen de bezoekers de gelegenheid het gehele complex te bezichtigen. Voor de inwoners van Nijkerkerveen was er diezelfde avond een open huis, waarbij het gebouw opnieuw kon worden bewonderd en er feestprogramma’s plaatsvonden in zowel de sportzaal als de bestuurskamer. Concordia, de Veenmerels, gymnastiekvereniging Doto, de EHBO en zangvereniging Halleluja traden op en in de bestuurskamer wachtte het publiek een verrassingsprogramma waarover men vooraf al vol lof sprak. De naam De Baggelaar was gekozen uit een prijsvraag waaraan meer dan dertig creatieve inzendingen hadden meegedaan, met namen als De Westerhal, Olympiahal, de Nieuwe Hoop en Het Raakpunt.

De feestweek na de opening

Na de opening volgde een feestweek waarbij elke middag of avond werd georganiseerd door een andere Nijkerkerveense vereniging. De variatie was groot: er was een zangavond die honderden bezoekers trok, een bejaardenmiddag met een speciaal programma voor ouderen, een gymnastiekavond en volleybalavond voor de sportievelingen, een scholenmiddag, een EHBO-avond, een muziek- en dansavond, en een kindermiddag voor de jongste bezoekers. Tijdens de gymnastiekavond werd zelfs de Olympische turnploeg gehuldigd.

De commissie “Sportzaal Nijkerkerveen” had haar werk dan wel volbracht, maar de namen van de leden bleven verbonden met de realisatie van De Baggelaar. Onder hen voorzitter Holtman van Doto, secretaris Witzel namens de scholen, en afgevaardigden van onder meer de vrouwenvereniging Persis, zangvereniging Halleluja, Plaatselijk Belang, Veensche Boys, Concordia en de EHBO-vereniging.

Dankzij hun inzet kreeg Nijkerkerveen niet alleen een sporthal, maar een plek waar sport, cultuur en gemeenschap samenkwamen – een dorpsdroom die in 1976 werkelijkheid werd.

Wil je meer uit de Nijkerkerkerveense geschiedenis lezen en zien? Klik dan hier.