Door de Niekarkse politieke actualiteit omtrent de ‘Kinderpardon’-motie van Pro21, ondersteund door De Lokale Partij, m.b.t. in Nederland gewortelde en onschuldige kinderen, was mijn serie over goud, lood en metaal uit Edmonton/Canada onderbroken. Maar vandaag de laatste: ‘Een metaalomlijste dag’.
De dag na de schietbaan bezochten we het LER-museum. Overigens hoorde ik van een Hoevelakense ex-marinier, die aan PTSS lijdt, dat het medisch bekend is dat je bij het vasthouden van een vuurwapen en het horen van het schieten volledig kunt blokkeren. Dus dat ik dat Pré TSS genoemd heb is niet zo gek. Voor diegene die er zich aan gestoord heeft: mijn oprechte excuses. Het was echt niet bedoeld als een grap.

Samen met onze gastheer Hans Brink reden Gerrit van Middendorp en ik naar het museum. We werden opgewacht door Kathleen Haggarty, de vriendelijke Museum Collections Manager van The Loyal Edmonton Regiment Museum. Zij was degene die het contact met Ken Froland, ‘Brother in arms’ van Walter Strang, en mij in 2007 – via Hans – indirect had gelegd. Ik vertelde haar dat ik iets bijzonders voor het museum had meegenomen: een metalen bomscherf.

Nu is een bom niet zo bijzonder voor een artillerieregiment museum, maar deze had wel een speciale betekenis. Patrick Burgers en Henk Kok hadden de bom in juli in het Hoevelakense bos gevonden en deze was rond 19 en 20 april 1945 op verzoek van de Eddies door de RAF afgeschoten om de Duitsers te verdrijven. Kathleen vertelde dat er rond april/mei 2020 een tentoonstelling over ’75 jaar Bevrijding Nederland en Hoevelaken’ gehouden wordt en deze scherf zal er zeker een mooi plekje krijgen. Ga maar vast sparen, Patrick en Henk…
Na een fotomoment, voor het museum, zei Kathleen dat ze ook iets voor ons had. Dat lag in de archieven van het museum, die in de kelders te vinden zijn. Eerst vroeg zij of we een oorlogsmuseum in Hoevelaken hebben. Ik zei haar eerlijk dat we dat (nog) niet hebben, maar dat Historisch Hoeflake wel graag een expositieruimte wil en dat we daar ook graag rond 19 april willen participeren in een tijdelijke expositie, ”maar tot nu toe is dat museum in mijn serre”. ”It’s Okay”, zei ze.
Daarna kregen we een legeruniform met een metalen ‘soepbordhelm’ die de Canadezen in de Tweede Wereldoorlog droegen. In het label staat ‘1940’. ”Wij gebruiken dat om schoolkinderen te laten zien”, vervolgde ze. Daarna legde ze een riem en militaire tas (een pukkel) op de tafel. Die waren van Ken Froland. ”Je mag ze meenemen en ik heb nog iets bijzonders voor de foundation”. Ze kwam met een vuilniszak aan waar een kledinghaak uit stak. ”Wij krijgen veel jackets met medailles van overleden veteranen, maar die kunnen we echt niet allemaal tentoonstellen. Maar deze is van Ken Froland. Die heeft hij het museum geschonken. Ik denk dat ie in Hoevelaken meer tot zijn recht komt”.
Ik word er stil van. We zullen dit zeker op de Strang Memorial tonen. Zijn eremetaal zit er nog op!

Theo Zuurman

Foto Fabian Boot